Reisagent voor avontuurlijke levenskracht. Beweeg, adem, speel en deel je vrij

Tag: systemisch kijken (pagina 1 van 1)

You shall not pass en andere magie

Als de ‘ancient demon from another world’ waar zelfs de wijze Gandalf het van verliest. Die ervaring. Dat is de beeldspraak die opkomt bij waar ik doorheen ga, of beter: wat door mij heen gaat.

‘You Shall Not Pass!’, bezweert hij met magie het krachtige wezen dat hen volgt. Hij staat met zijn fragielogende grijze lichaam op tegen een reusachtig monster dat zich donderend en destructief uit het vuur van de diepten laat zien nu en dan. Hij stopt het en houdt het daarmee weg van het reisgezelschap en de grotere missie. Maar zelf laat hij het leven. 

‘Run, you fools!’, spreekt hij zijn beroemde laatste woorden. 

De krochten van de menselijke wereld, vol met ‘wezens’ die ouder zijn, waar jonge menselijke vaardigheden en inzichten niets lijken te doen, ‘van een andere wereld’.

Daar sta ik soms overweldigd door dat zoveel grotere en oudere. Wat is mijn bijdrage? Wat heb ik hiermee te doen? Die vraag is, vanuit een andere oeroude realiteit, eindeloos. Hij is me vertrouwd als rode draad. Soms meer soms minder schurend. En nu (een week in 2019) sinds lange tijd vol in zicht.

En onbespreekbaar in normale taal, het overvalt me en is met de mensen om me heen niet vanzelf deelbaar.

Oh ik doe heus wel pogingen. En direct na de start hoor ik: ‘oh ja, ik heb ook..’ gevolgd door een leedverhaal van de ander, of, al aandachtiger: ‘je overvraagt me’, ‘het is alsof ik al een marathon heb gelopen, en jij net opgewarmd bent’, of meer handsoff: ‘zou je zelf ook niet liever wat minder voelen, zien en denken?’, ‘probeer dit, dan kom je ervan af’.

En dan is het weer terug bij twee: de oude demon uit de andere wereld en ik – het samenraapsel van mijn vele ikken 😉

Inclusief volle aanstaand van mijn stress-systeem, alert, fysieke onrust, vlucht- & vechtneigingen, een zenuwstelsel dat verlamd, emotie, vol gedachten die geloofwaardig zijn en echt aanvoelen (maar niet per se waar zijn), eenzaam. En vooral: hier voelt vrij kiezen, empathie en speelsheid niet mogelijk.

Het is uiteraard het meest zichtbaar in de meest intieme relatie, die met mijn lief. Met daarbij de verleiding om het op de ander, hem, te projecteren of op mezelf. In plaats van op het gebeuren -dat door me heen gaat- zelf. 

Het is groter dan ik, groter dan mijn persoonlijke lijden, groter dan het kleinmenselijke geluk of de moeite. Groter dan de worstelingen tussen ons. Het draagt een collectiviteit in zich en iets uit eerdere generaties, iets collectief menselijk. De wereld is zo gepolariseerd met hevige meningen en die energie vertaalt zich ook in het persoonlijke, tussen mensen, tussen ons. Als het zo stormt en dondert, kost het me grote inspanning om in het stille midden van de orkaan te komen, observeren, vanuit het ‘zwarte gat’ dat het midden is.

Als vele malen eerder in mijn leven zoekt mijn brein naar iemand, iemand die er kan zijn, die hier bij me kan zijn. Iemand voor wie deze krachten die door me heen gaan, geen belasting of bedreiging zijn, die geen oplossing zoekt. Het scant razendsnel ieder die ik ken, op de gave van aanwezig zijn. Ook bij dit. Mijn cortex gaat door in cirkels, wie? En vindt niemand. Ik wil namelijk niet het verhaal of de gebeurtenis vertellen, ik wil aanwezigheid bij wat er nu aan intensiteit is.

Na een eerste wanhoop impuls bij de ‘niemand’, volgt er: He! Maar ja: ik! Mjjn lichaam schreeuwt van overweldiging, ook ik ben overvraagd hier. Hoezo ik dan wel? En ik ken de machteloosheid van die vraag en ook een kiertje licht.

Ja echt: Ik kan aanwezig zijn.

Bij wat is, door me raast.

Na een stil tijdje aanwezig zijn, dondert er ineens een stem als verrassing door me heen:

Stop, you shall not pass! 

Ik glimlach door mijn tranen heen. 

Mijn felt sense geeft beelden, kleuren, sensaties en ik herken. Neem ze aan als expressie de beelden, systemische uitingen. En de erkenning komt van diep. 

Het is een nieuwe laag van wat ik vele malen eerder doorging. Uit mijn eigen vroege ervaringen, maar ook die van de generaties voor me. Het onrecht en de ontkenning van Nederlands-Indië, van de hel uit de jappenkampen en de Birma spoorlijn, van Papa Nieuw Guinea en een redeloze jonge dood. Hoe onverwerkte delen van onze grootouders bij onze ouders kwamen en daarmee bij ons. En hoe daderschap en slachtofferschap in één mens aanwezig is, oorlogsdrama.

De subtaak die ik in elk geval helder heb: deze ancient demon hou ik weg bij de generatie die volgt, bij mijn kinderen.

 ‘You shall not pass’!, donder ik nu hardop mee met die innerlijke stem. 

Kippenvel met lach en ontroering en een weten. Het is geschied.

Punt.

En dan in de voelbare afronding van de intensiteit komt de vraag op:

Wat in mij zal daarbij sterven?

Ik zie Gandalf the Grey weer vallen voor mijn geestesoog. Dat wat sterft zal ruimte maken.

Ik denk aan het uit-eenvallen van Dabrowski. 

Er is overgave aan het krachtige natuurlijke groei-instinct, ook juist via intense emoties. Een doorgang naar een nieuwe ontwikkellaag. 

Nieuwsgierig merk ik in mezelf de vraag op:

Hoe zal ik terugkeren met grotere magie, met Gandalf the White? 

Ineens komt een zin op van een van mijn leraren, arts en yogaleraar (in een lezing over cortex, hypothalamus, hormonen en hogere breinfuncties):

Our brain is made for intuition. This is our potential. Yoga just makes this path clear.

Extra ruimte voor intuïtie, daar reageert mijn lichaam op op vele manieren. Onmiskenbaar een ja.

Het is groei als een ont-wikkelen, afwikkelen: een naderen tot de magische heelheid die altijd was, is, en zal zijn.

Als deze ancient demons mijn brein minder vaak bezig te houden, is er meer energie voor het goddelijk menselijke potentieel Ja, misschien, Maar daar hoef ik niet naar te streven. Dit is onderdeel van de potentie.

En dit was nu. En zal vast ook zijn. In de intensiteit ontdek, speel, schreeuw ik vanuit de krochten, samen met Gandalf. (Thanks man!). Zijn met wat is, zonder het te worden. En na diepe aanwezigheid, verandert en schuift het, zonder wilskracht (als ik tenminste kies om niet mee te gaan met de zuigende herhalende gedachten) en merk ik de andere keuzes in beweging op. En het breekt open:

“I was without thought or time with the stars wandering above me and life came back to me”, zegt Gandalf als hij uitlegt hoe hij doodging als Grijze en terugkwam als Witte tovenaar.

I am with him still. 

Regelmatig vond ik mezelf terug onder de sterren van vele landen en barre innerlijke terreinen en was ik zonder gedachte en tijdloos als het leven weer terugstroomde.

En met het stromende leven kan ik steeds weer een grotere magie ontdekken en laten doorstromen. In ons gezin, familiesysteem en naar de wereld via aanwezigheid.

Ook als er stevige actie en een rauwe keuze nodig is, voor de ander inclusief mijzelf. Dan lijkt de magie weg, maar ze werkt dan alleen tijdelijk ondergronds.

Dan heb ik iets te doen wat ik niet gemakkelijk vind, me uit te spreken waar ik kwetsbaar voel. Te oordelen en te kiezen voor een waarde, ondanks dat anderen het oneens zijn. Uit te reiken, als een neiging opkomt naar zelf-doen, of ‘vertrouwen dat het dan nu niet voor mij..’. Te staan voor iemand (of een minderheid) waar een massa tegen is.

Op vele kleine momenten werd de afgelopen jaren ‘you shall not pass’ als een dans met de demon. Een vrije speelse dans. Een nieuwsgierig magisch ontdekken dat eindeloos doorgaat. In aanwezigheid. Voor de wereld, inclusief jou en mij.

#Modderigespiritualiteit #beinthedoing #moederschap #intensmens #metaphorsweliveby #polyvagaaltheorie #dabrowski #ontwikkeling #zijnskracht #bewustzijn #heel

Je analytisch talent en nieuwsgierigheid gebruiken voor leven vanuit je lijf

Verstillen, ontdekken, bewegen en spelen met het zenuwstelsel. We zijn bedraad voor verbinding en de staat van ons zenuwstelsel bepaalt onze ‘realiteit’. 

Ons neurologische systeem heeft in ons dagelijkse leven (vaak onbewust) veel invloed. Op onze keuzes, de ervaring van welzijn, onze “overleef”-mechanieken en hoe we de omgeving waarin we zijn gewaar worden en ervaren en dus op onze manier van relateren. Het is ook een manier om stress en veerkracht te zien vanuit ons lichaam en gemaakt voor ontdekken en flow! 

Dan is het dus aan ons om nieuwsgierig te zijn naar onze eigen bedrading en die van een ander! Wat voel je in welke staat? Welk verhaal lijk je te denken? Wat gebeurt er dan in interactie? 

Dit komt volop terug in module 2 van Belichaamd Leiderschap en nemen we mee als  basis voor de modules die volgen!

Nu we het toch over deze module hebben, laat ik meteen een voorbeeld geven van de extra smeuïgheid die twee trainers kunnen brengen (naast natuurlijk eigen expertise en extra ogen en handen om ieder in de groep aandacht te geven).

Dus: wat maakt het zo tof om trainingen samen te geven? 

Het brengt afwisseling voor zowel de deelnemers als mijzelf, schakelen tussen praten, luisteren en bewegen en ik kan tussendoor even ‘uit’ en het ritme van rust in mijn systeem ruimte geven. Meteen dus een manier om mijn eigen zenuwgestel de ruimte te geven om vanzelf terug te komen naar ontspannen betrokkenheid.

En vooral brengt het samen doen extra kansen mee waarin we voorleven. 

Dat vraagt natuurlijk een interactie die veilig voelt en een waarin we beiden steeds onze vorm durven te vinden in het moment. 

Gelukkig is dat meestal zo 😉 Met veel experimenteren, aangaan en openen, is zelfs het (milde) onveilige in mijn systeem veilig voor me als we voor een groep staan. 

Het geeft deelnemers een lach als we het oneens zijn, of we bij elkaar op knopjes drukken 😉 

Afgelopen opleiding, tijdens de module over het zenuwstelsel, werd ik blij toen na een paar uur lijfelijk experimenteren ik de theorie stond uit te leggen en Tim me maande tot opschieten 😎 

Een deelnemer vroeg vrij wat dat met mijn zenuwstelsel deed, in welke staat of mix daarvan het nu was. 

Yes, daar hou ik dus van!! 

Zichtbaar luchtig kwetsbaar voor elkaar, deel van de groep.

Op zo’n manier komt leren via ontdekking in het nu, zijn we gelijkwaardig en stroomt het huidige moment vanzelf door ons heen, vormen we ons aan elkaar, steeds en steeds weer ‘nu’.

Lijkt het je nu ook giga interessant om je zenuwstelsel en lijf in te duiken om meer vanuit je lijf het leven de leiding te geven? 

De training Belichaamd Leiderschap geven we bij Mudita in drie maanden, startend in april of september. De training vraagt van jou een open nieuwsgierige houding naar jezelf als deel van alles in de wereld, een milde dosis lef en een vleugje exploratiedrang. En wij verwelkomen je van harte! 

(het is mogelijk met Stap-budget)

Monike Eigenwijs in Evenwicht | Tim Jana Yoga | Trainers bij Mudita Academie | We bieden de training ook incompany aan, op maat gemaakt voor het deelnemende team

Opvoedtechnisch leren falen met yoga

Ik zit, nou ja, je zou kunnen zeggen ‘mokkend’ aan tafel. Ik ben alleen en neem een eerste hap van mijn bord. Het bord naast me is onbemand. Echtgeliefde is werken, één kind at onverwacht bij een vriendin en met het andere kind kwam ik tijdens het koken in een wat vaag conflictachtige situatie terecht en zij is boven.

Eerder schoot ik in een kleine kramp over de voorbereidingen van retraite die we organiseren in augustus. Mijn lichaam doet pijn, er is een tíkkie weerstand op marketing, een rommelig huis en kinderen die vakantie hebben. Dus logisch toch, deze geïrriteerde stemming, dat is gewoon vervelend voor me. Dus ik projecteer nog even op dochter die niet beneden kwam om te eten.

Als ze wel beneden komt, kijkt ze even verbaasd naar mijn half lege bord en barst in tranen uit. Ik reageer nog even uit mijn (zeer volwassen) mokstand, ‘ik riep net ‘waar ben je?!’ en je kwam niet’. Met meteen kortaf erachteraan ‘waarom huil je?’.

Ze kijkt even op en huilt met lange uithalen ‘ik moet gewoon huiuiuilen! Dat kan toohoch!?’

Ik adem meteen lichter, lach en kijk snel en mild naar mijn eigen mokgebeuren. Hoe fijn dat de yogic- en veerkracht-blik me hielp mijn kind te leren dat huilen ontladen is, het uitnodigt om te verbinden en er niet (direct) een antwoord nodig is op vragen als ‘wat is er gebeurd?’. Én dat ik ook opvoedtechnisch soms mag ‘falen’.

Ik sta op en krijg toestemming haar te omhelzen. De borden staan naast ons af te koelen. Ik laat haar huilen in mijn armen.

Het plakkende gemok in me ‘ikhebgelijk, want’ en ‘ikvoelmerot’, is compleet weg. Ik bemerk een vrije keuze om gewoon bij haar te zijn. ‘Wat een verdriet meisje’. Ze huilt nog harder. Als het afneemt en ze kan praten zegt ze dat ze dacht, dat ik gewoon wilde weten waar ze was en niet dat het eten op tafel stond. ‘Dat klopt’, zeg ik.

En in mijn innerlijke ooghoek zie de neiging opkomen om te zeggen ‘maar je wist heus wel wat ik bedoelde’.
Ik doe er niets mee. Heel zen bedank ik mijn brein voor dit zelfbeschermende mechanisme (om toch mijn gelijk te halen in die kleine nuance) en kies opnieuw bewust. Want het voegt nu niets toe aan haar, ons, mij, of de wereld, om mijn (zelfs al voorbije) emoties via haar te rechtvaardigen.

Emoties komen en gaan, soms maken we ze onbewust. Steeds vaker kan ik ze observeren en ontdekken wat ze willen of laten. Door dagelijks te oefenen is mijn innerlijke vrijheid enorm toegenomen. Dit hele besef komt heel snel voorbij daar in dat moment op de witte tafelbank met mijzelf om een huilende dochter gedrappeerd. En ik maak een nieuwe kleine keuze: om mijn volledige aandacht weer aan dit mooie kind te geven.

Ze huilt nog een beetje, maar als ik haar verdriet nogmaals erken, golft haar verdriet huizenhoog op. Ze zegt snikkend ‘het lijkt wel of jullie wat ik voor jullie gemaakt waardeloos vinden. Jullie doen er niets mee, het ligt steeds weer op mijn bureau en ik heb er heel lang aangewerkt’.

Ik voel een steek in mijn buik. Dit is de kern. Zachtjes aai ik haar wang en luister geconcenteerd naar haar huilen. En vraag haar waar in haar lichaam ze het voelt. Keel, buik, hart, zelfs in haar armen.

Opnieuw zie ik een neiging bij mezelf opkomen, namelijk zeggen dat dat niet waar is, dat we haar en wat ze maakte niet waardeloos vinden.
Ik zie ook dat het haar gevoelens tekort zou doen als ik dat op dit moment zeg en dat dit haar op lange termijn niet zou helpen.

Ik wil als moeder natuurlijk zeggen dat ze waardevol is, hoe bijzonder. Maar dat heb ik al heel vaak gezegd op rustige momenten en zal ik haar nog oneindig vaak zeggen. Nu zou ik het zeggen, omdat ik haar pijn in dit moment niet wil, eigenlijk niet aan kan. En wat voor boodschap geef ik haar daarmee? Dat deze emotie te zwaar is, ook voor haarzelf.

Dit zal niet de laatste keer zijn dat ze zich zo zal voelen. Dus mijn werkelijke taak is haar nabij zijn, zodat ze vertrouwt dat ze dit gevoel kan dragen. En dat ze tegelijk op een diep niveau weet dat ze waardevol is.

Ik ben dus stil en laat haar voelen. Dat zware. En ben bij haar.

In de stilte dring bij mij door hoe mooi ze het formuleerde. Ze was niet stellig en betrok het waardeloze niet op haar als persoon. Ik check dat even: ‘wat als we het echt waardeloos vinden?’.

‘Dat vind ik niet leuk’.

‘Zou jij dan minder waardevol zijn, of zouden we minder van je houden?”Nee!’, wel stellig nu.

‘Kun je dat naast dat pijnlijke gevoel voelen in je lichaam?’

‘Ja, dat past wel.’

Nu alles er mocht zijn, ze mijn vertrouwen mee kon krijgen dat ze dit aan kan en ze overtuigt is van haar eigenwaarde, zeg ik ‘ik geloof niet dat we het waardeloos vinden. Zullen we daar straks met papa nog even op terugkomen?’. Dat vindt ze fijn en met een lach draait ze zich naar haar bord.

Ik schrijf na het eten een blog 🙂


***Veerkracht in alledaagse momenten en hoe yoga werkt. He? Yoga is toch voor flexibiliteit, tot rust komen en fancy leggings op de mat? Nee dus!

Het gaat over innerlijk observeren, bewustzijn, ontwikkeling. Dat klinkt natuurlijk lekker groots en vaag, daarom deel ik concrete momenten waarin ik heb ervaren dat yoga me heeft ondersteund om daar te komen waar ik ben. En om vele kleine andere keuzes te maken, met grote impact. De oefening op het yogapad helpen om de richting van mijn wijze lichaam te horen, om te vertrouwen, intuitie ruimte te geven en levenslustig te bruisen en ontdekken.

Als je op een stukje van dit opvoedpad graag een reisagent hebt, you know where to find me !

Ik wil niet meer bij jou wonen: systemisch kijken deel 2

Deel 2

“Ik wil niet meer bij jou wonen!”

Die zin heb ik eerder te horen gekregen. Nu zegt de jongste het als vijfjarige. Dezelfde woorden als oudere zus drie jaar geleden. Ik voel een andere lading. Ze zegt het niet boos of verdrietig zoals zus toen. Ik slik toch even en vraag dan waar ze wel wil wonen.

‘Ik wil ook niet bij papa. Opa’s, oma’s of tantes wonen. Ik wil nergens wonen.’
Wil je bij jezelf wonen?
‘Ik wil nergens wonen, ook niet bij mezelf.’
Wat betekent dat?
‘Dat ik niet wil leven’.
Oef, ik slik nog maar eens. Ik weersta de neiging om het af te doen en te zeggen dat wel overgaat of dat het leven toch leuk is. Op de vraag waar ze niet wil leven, antwoord ze het niet te weten. Waar ze wel zou willen leven dan? Als ze onder het bed wijst, vraagt ik wat daar fijn is. Misschien het donker of ongezien zijn. Ik zie haar denken en ik blijf verder stil.

Gedachten gaan door me heen.
Wat maakt dat ze dit zegt? Wat kan ik doen? Fijn dat ze het zegt. Ik zou willen dat ze wil leven. Komt het door India? Door de zwaarte die we soms voelen in het wennen? Maar ik laat ze allemaal weer gaan. Die gedachten hoef ik niet te geloven. Ik hoef alleen maar bij m’n meisje aan haar gevoel te zijn.

Na een hele tijd kijkt ze op. ‘Ik wil dat jij en papa niet boos doen tegen mij’. Liefje, dat zou je fijn vinden he. Zou je dan willen leven? ‘Het is eigenlijk niet waar, dat ik niet wil leven’. Ik knuffel haar en vraag of hoe het kwam dat ze dat zei. Die vraag is door haar (natuurlijk) niet te beantwoorden.

Systemische invalshoek: iedereen heeft een plek en hoort erbij
Ik pak opstellingen poppetjes en laat haar een poppetje voor zichzelf en een poppetje voor het leven kiezen. Ze kiest een enorm groot leven en zet zichzelf tegenover het leven. Ze voelt zich stevig, zegt ze. Langzaam laat ik haar meer kiezen. Papa en mama. Zelf wil ze zus, oma en haar broertje er ook bij.

Ze was bij aanvang deel van een tweeling, zagen we op de eerste echo. Het andere deel bleek een ‘vanished twin’. Maar zij heeft sterk het gevoel van verbondenheid, al vanaf heel jong. Ze is ook overtuigd dat het een broertje was. Nu moet hij dus in het veld. Dicht bij haar. Ze kiest een piepklein popje.

Tegen het einde blijkt er ‘iets’ bij het broertje te horen staan. Ze kiest er een poppetje voor.  ‘Dood, misschien’, denkt ze. Ineens raakt het beeld haar. Ze valt in tranen op bed. Ik pak haar op en samen kijken we naar het veld waar alles staat. Ik zeg dat iedereen en alles erbij hoort. Ook verdriet. Dan komt ze overeind en wil ook verdriet een plek geven, dan ook blijheid en boosheid. Ze kijkt en voelt. Ze zet zichzelf nog even anders neer, zodat ze ‘alles en iedereen kan voelen’.

Het leven staat vlakbij het poppetje dat haarzelf representeert en is als enige onberoerd. Het Isha-popje kijkt nog steeds naar het leven.

Het complete leven
Als ze de poppetjes opruimt, blijven zijzelf, broertje en het leven als laatste staan.
Dan pakt ze ook die op. Het is goed. ‘Zo is het fijn om te leven, mama’ en ze loopt naar haar stiften om verder te kleuren.

Wat er nou precies is veranderd, weet ik niet. Het gesprekje samen was fijn. Ze voelt zich gehoord met alles wat er bij haar is. En ik? Ik ben gelukkig met haar.
Augustus 2017

Over grenzen : systemisch kijken deel 1

Deel 1

“Ik sta nu op je tenen en je zegt nog steeds geen stop.” De trainster van de opleiding Opstellingen kijkt me aan. De opdracht was om vanaf drie meter afstand de ander dichterbij te laten komen en stop te zeggen als het nabij genoeg was. Ze kwam steeds dichterbij. En nergens ervaarde ik een stop moment. Dus staat we nu hoofd aan hoofd.

“Denk je na?”. Uhm, nu wel. Tijdens de oefening kwam geen enkele gedachte voorbij. Ik was bij mijn ademhaling, mijn voeten op de grond en ik keek in haar ogen. Nu vraag ik me af of ik nabijheid dan prima vind, of juist dat ik me onbewust wapen, zodat ik de nabijheid aankan.

Ik stel voor mijn ogen dicht te doen, dan kan ik beter voelen. Dan grijpt ze in. Want, wat ik wil leren is met mijn ogen open, de omgeving die er is, er laten zijn, erkennen en daarmee toch mijn persoonlijke grens ervaren.

Een geschiedenis in grenzen onderzoek

Het thema grenzen is alom vertegenwoordigd. Veel mensen om me heen zijn hierin zoekende. Deze maatschappij met zoveel prikkels en de tijdsgeest dragen daaraan bij. Sensitieve mensen of mensen met trauma in hun zenuwstelsel hebben vaak een extra hindernis door een natuurlijke opmerkzaamheid en een aangeleerde (over)alertijd.

Zelf ben ik er al 20 jaar mee bezig. In persoonlijke ontwikkeling, na heftige life-events en in mijn professionele leven. Ik las er (veel) theorie over. Ik bracht het meermaals in tijdens intervisiebijeenkomsten op mijn werk, sprak erover met coaches en schreef erover. Ik had best inzicht in wat er bij mij gebeurde. Een van mijn collega’s vatte mijn worsteling goed samen: ‘Ik begrijp het niet. Jij voelt en ziet veel, je bent intuitief en durft daar ook naar te leven en je ratio staat er sterk naast. Hoe kan het dan zijn dat je je grenzen niet voelt of naleeft. En hoe zou dat wel lukken?”

Een van de wegen waarop ik uitkwam door die vraag te blijven onderzoeken, kun je lezen in dit blog ‘alles kan’. Voor nu wil ik vooral aangeven, dat het niet een nieuw pad was voor me. En die laatste vraag, ‘hoe dan wel met die grenzen?’, kwam in bovenstaand geschetste situatie ineens een stap dichterbij.

Perifere blik en voelen zonder oordeel

De trainster stelt voor om opnieuw op drie meter afstand van elkaar te gaan staan. Ze introduceert een nieuw element: de ‘perifere blik’. Mijn ogen blijven in de richting van haar ogen, maar ook op de hele omgeving. Ze stapt dichterbij en dan ineens, voel ik en zeg ik tegelijk: ‘Stop maar, dat is ver genoeg’.

Ik buitel van binnen door elkaar. Het was geen negatief gevoel, geen ‘hé als je nu eens stopt, je gaat over mijn grens’, geen irritatie of afwijzing naar de ander. Het was ook geen positief gevoel, geen blijheid om de nabijheid of afstand. Het was neutraal.

Ineens dringt het door: ‘Een grens is een feit dat je in je lichaam kunt voelen, zonder zwart of wit. Dit is brandnew. Dit heb ik nog niet eerder meegemaakt. Ik heb een grens gevoeld! Niet achteraf, als ik ervaar hoe uitgeput, ziek of overprikkeld ik ben. Niet in het moment een afweer of irritatie voele die dan al dan niet uitspreken. Gewoon een heel zuiver feitelijk ‘stop’, zonder lading. Mijn lichaam geeft dat gewoon aan!

Systemische kracht

In het systemisch werken is het ‘blanco’ aanwezig kunnen zijn belangrijk om in te pluggen in het grotere geheel. Daarvoor is het perifere zicht handig, om  de impulsen in je eigen lichaam helder te ervaren. Dat is waar je mee werkt voor de client, zodat er inzichten en helende bewegingen kunnen ontstaan.

Bewaker van mijn gezondheid

Uiteraard is dit niet de eerste keer dat ik zonder focus kijk. Voor intuitieve impulsen is de perifere blik voorwaarde. En daar heb ik ruimschoots ervaring mee. Van de nacht dat ik wakker werd en wist dat ‘mijn auto nu gestolen wordt’, naar het balkon rende en 3 jongens mijn auto zag meenemen, naar het aanvoelen wat er speelde bij clienten en hoe daar samen bij te komen, naar de vele keren in het moederschap, tot bij het aannemen van nieuwe medewerkers. In alle gevallen gaf mijn lichaam signalen vanuit een bredere blik.

Nu gaat het echter om mijn lichaam zelf. Het bewakingssysteem voor mijn gezondheid dat mijn aandacht nodig heeft. Ik herkende de signalen niet. Misschien door teveel focus op de buitenwereld, geforceerde timing, of te weinig waarde voor mijn lichaam en gezondheid. But, times they are changing.

’s Avonds bel ik lief ‘dag 1 van de opleiding en het is het nu al waard! Ik heb een grens gevoeld!’.